Geloofshelden: Jozef

Jozef: het lievelingetje van zijn vader wordt door zijn broers verkocht als slaaf. In Egypte belandt Jozef in de gevangenis, maar door het uitleggen van een droom van de Farao voorkomt hij een hongersnood en wordt hij herenigd met zijn broers. In deze video, in de serie geloofshelden, vertelt Gijs-Peter Kuijpers wat wij van dit verhaal kunnen leren.

Jozef was een jonge man die opgroeide in een groot gezin met veel broers. Jozef was het lievelingetje van zijn vader, maar zijn broers hadden een hekel aan hem. Allereerst was Jozef een klikspaan: hij vertelde alles aan papa wat zijn broers hadden uitgespookt. Op een dag deelde Jozef een droom. Hij had gedroomd dat zijn broers en zijn vader voor hem neer bogen. Dit alles bij elkaar opgeteld maakte Jozef niet geliefd: zijn broers hadden een bloedhekel aan hem.

Uiteindelijk besloten de broers van Jozef hem te verkopen. Ze simuleerden een ongeluk en logen tegen hun vader. Jozef werd verkocht als slaaf en belande in Egypte. Daar kwam hij in de huishouding van Potifar. Het grappige was: hij deed zijn best. Hij klom op in de huishouding en werd hoofdslaaf. De vrouw van Potifar probeerde hem te verleiden: Jozef ging er niet op in, maar werd uiteindelijk wel vals beschuldigd. Hij belande in de gevangenis omdat hij met haar gerommeld zou hebben.

Jozef zat onschuldig, in een vreemd land in de gevangenis. Maar zelfs daar klom Jozef weer op. Hij mocht de bewaker helpen met het uitdelen van eten,  werd vrienden met medegevangen en legde de dromen van de gevangen uit. Jaren later word Jozef uit de gevangenis gehaald en legt hij namens God een droom van de Farao uit. Door de uitleg van die droom wordt de wereld gered van een hongersnood die komen zou en maakte de Farao Jozef onderkoning.

De hele wereld kwam naar Egypte om voedsel te halen. Hierdoor kwam Jozef ook weer in contact met zijn broers. In plaats van wraak te nemen koos hij ervoor om hun te vergeven. En dat is het mooie van dit verhaal.

Het verhaal wil ons ook wat vertellen:

1. Geef nooit jouw God gegeven droom op;
2. God is niet zozeer geïnteresseerd in ons comfort, maar in ons karakter;
3. Jozef zijn leven wijst naar Jezus.